Net terug uit het buitenland hoor ik van mijn buren dat Arnhem een oerbos rijker is geworden. Van verbazing val ik bijna van mijn vakantiefiets. Je moet weten: ik ben een groot bosliefhebber (what’s in a name…) en oerwouden zijn mijn ideaal. Maar een oerbos uit de arme Veluwse grond trekken in minder dan een maand, dat is toch wel erg gortig! Snel naar mijn computer om het nieuwsbericht te checken.
Het staat er inderdaad. Gemeente Arnhem heeft besloten om in een deel van het gemeentelijk bosgebied niet meer in te grijpen, maar de natuur daar haar gang te laten gaan. Het gaat om 80 hectare op de Waterberg, tussen Burgers’ Zoo en de A50.
Dat is geweldig nieuws. Want bossen waar de mens met zijn tengels
vanaf blijft, leveren de meest interessante en spannende natuur op. In dit soort natuurbossen gedijen veel karakteristieke bosplanten en bosdieren, véél meer dan in het normale beheerde bos – dat weet ik van de vele (vrijwel) ongerepte natuurbossen die ik in het buitenland bezocht.
Alleen, na stoppen van het actieve beheer duurt het nog wel een poosje voordat de bezoeker van dit bos het oerwoudgevoel krijgt. Bomen hebben tijd nodig om uit te groeien, te sterven en om te vallen, zich te verjongen. En de bijzondere planten en -beestjes hebben tijd nodig om zi
ch te vestigen.
Op de Waterberg zal dat, schat ik, toch minstens 1 – 3 eeuwen duren. Pas dan ziet het bos er wild en weelderig uit. (Al is er nu ook al zat te beleven: zie foto’s hiernaast).
Ik stel voor dat we deze zomer allemaal even naar dit oerbos in wording gaan kijken, en vervolgens honderd jaar niet terugkomen. En dus ook niet klagen dat het allemaal zo langzaam gaat.


De Wodanseiken in de Wolfhezer Bossen (zie foto boven dit verhaal) behoren tot de bekendste senioren in ons land. Waarschijnlijk omdat ze vaker afgebeeld zijn door schilders van de Oosterbeekse School, zoals dit werk van J.J. Cremers uit 1849. Het groepje van vijf eiken ziet er op zijn romantische schilderij indrukwekkender uit dan in werkelijkheid. De bomen zijn nu rond de 450 jaar oud, maar erg dik en hoog zijn ze niet. Bovendien begint het nu al lekker in elkaar te donderen. Echter fraai is het bomengroepje nog steeds – ook het bosgebied er omheen.
duidelijk zien – als je voldoende uitzoomt – dat die oude, dikke bomen niet gelijkmatig over het land verdeeld zijn. In een oogopslag kan je bovendien constateren dat Engeland veel rijker is aan deze oudjes dan Nederland.

